Aardappelen
Na een periode van wekenlange droogte en nauwelijks activiteit op het gebied van schimmels, is de situatie de laatste weken veranderd. Er isin het gebied neerslag gevallen en de temperaturen zijn de laatste tijd minder extreem. De verdamping is een stuk lager waardoor vocht langer aanwezig blijft. Daarnaast zijn er de laatste tijd een aantal zeer natte nachten geweest. Dit zal de komende maanden alleen maar toenemen. Tijdens natte nachten is het gewas vatbaar voor eventuele schimmels. Er is op een aantal plaatsen al phytophthora gevonden. Een kort interval is daarom belangrijk in deze periode.
Door de verandering in het weer zien we veel hergroei. Deze nieuwe bladeren zijn onbeschermd, hier slaat de phytophthora het eerste toe. Het beschermen van deze hergroei is daarom essentieel.
Advies om te spuiten met uiterlijk een 7 dagen interval.
0,5 ltr Ranman
Bij uitlopen van schema kan hier 250 gr cymbal aan toegevoegd worden.
Bij het vinden van phytophtra kan aan de ranman 2 ltr proxanil toegevoegd worden (herhalen naar 7 dagen).
Suikerbieten
Afgelopen weken is er in het gebied neerslag gevallen. Voor een aantal gewassen komt deze regen te laat, maar de suikerbieten zullen in veel gebieden nu de groei weer gaan oppakken. Er zal nieuw blad gaan groeien wat vaak onbeschermd is en de omstandigheden voor schimmels zijn gunstig. Houd hier dus rekening mee en bescherm het nieuwe blad op tijd. Een interval van drie-vier weken tussen de bespuitingen is nu aan te raden.
Advies
1 ltr spyrale + 1 ltr Borium (veiligheidstermijn 21 dagen)
Eerder oogsten en toch nog een ziektebestrijding nodig
0,6 ltr Difure pro + 1 ltr Borium
Onkruidbestrijding tijdelijk onbeteeld land
Het bestrijden van wortelonkruid is tijdens de teelt vaak lastig. Nu veel percelen leeg zijn, kan er goed een bespuiting worden uitgevoerd. Hiervoor zijn verschillende middelen beschikbaar. In onderstaande tabel staat per middel de werking tegen diverse onkruiden beschreven.
Op grasgroenbemesters en graszaad mogen Primus en/of Starane worden toegepast. Dit betekent dat we ook in een grasgroenbemester wortelonkruiden (haagwinde, veenwortel) ideaal kunnen bestrijden. Let wel op dat bij vergroeningsgewassen tot 8 weken na zaai (opgeven bij rvo) niet toegestaan is om te spuiten.
Enkele belangrijke aandachtspunten zijn:
- MCPA is niet toegelaten in grasgroenbemester.
- Primus (max. 99 ml/ha) en Primstar (max. 1,00 ltr/ha) zijn toegestaan in grasgroenbemester en niet in tarwestoppel.
2,4-D Amine vanaf 1 september tot en met 29 februari niet op groenbemesters en onbeteeld bloembollenland gebruiken. Deze beperking geldt niet op tijdelijk onbeteeld land (= stoppel). Dosering max. 2,00 ltr/ha.
Gewasbeschermingsmonitor
In eerdere nieuwsbrieven is de gewasbeschermingsmonitor al eerder aan bod geweest, maar door het belang ervan willen we hem nog een keer toelichten. De gewasbeschermingsmonitor is ingevoerd sinds 1 januari 2015 en vervangt het gewasbeschermingsplan. De gewasbeschermingsmonitor is een vormvrij plan waarin je onder meer de fysische, biologische en mechanische maatregelen noteert, zoals inzet van biologische bestrijders en mechanische onkruidbestrijding. Ook moet je het vruchtwisselingsplan, rassenkeuze en uitgangsmateriaal, inspanningen voor het signaleren van toenemende ziektedruk, emissiebeperkende maatregelen en keuze van gebruikte gewasbeschermingsmiddelen te registreren.
Omdat het een vorm vrijplan is zijn er meerdere mogelijkheden om het bij te houden. Wij hebben een formulier op de website staan waarop de hierboven genoemde gegevens ingevuld kunnen worden. Dit formulier hoort u op perceelsniveau in te vullen en 2 maanden na het einde van de teelt ingevuld in uw administratie te hebben. Tot 3 jaar naar afronding van de teelt hoort u de gewasbeschermingsmonitor te bewaren. Let er dus op dat u van afgelopen jaren al gewasbeschermingsmonitoren moet hebben.